Aardwarmte is een duurzame energiebron die door steeds meer tuinbouwbedrijven wordt ontdekt. Het aardwarmteproject Vogelaer in Poeldijk bedient zeven telers en is een van de grotere installaties. Daarbij is het belangrijk dat het warme water zo lang mogelijk op temperatuur blijft.
Vogelaer is het derde in rij aardwarmteproject van het Westland en heeft een vermogen van circa 15 MWth. Het tracé van de warmte-infrastructuur loopt van de Harteveldlaan in Honselersdijk tot de Madeweg in Monster, een afstand van circa 7 kilometer. Het zuiverings- en verdeelstation aan de Arckelweg in Poeldijk is een onopvallend gebouw. Wie dichterbij komt en beschikt over een isolatiehart ziet de naadloos geïsoleerde opslagtank naast het gebouw. Het isolatiehart gaat echter pas goed kloppen bij binnenkomst. Een feest van leidingen, ingepakte pompen en buffervaten vullen de ruimte.
Twee bronnen
Aardwarmte, ook wel geothermische energie genoemd, is energie dat wordt onttrokken aan de aardkorst. De kern van onze aarde is extreem heet (2.000 tot 10.000 ˚C). Deze warmte stroomt door geleiding (convectie) naar de korst van de aarde. Deze energievoorraad is vrijwel onuitputtelijk en derhalve zeer duurzaam en milieuvriendelijk. Er worden twee bronnen geboord; één waardoor het warme water omhoog wordt gepompt (productieput) en één waardoor het koude water weer wordt teruggepompt (injectieput). Er is een forse boorinstallatie nodig om de twee bronnen te boren. De bronnen worden vanuit één punt geboord en worden ondergronds afgebogen, zodat de uiteinden van de twee bronnen op voldoende afstand van elkaar liggen. Hierdoor wordt voorkomen dat het koude water het warme water beïnvloedt.
Het project In Poeldijk omvat het realiseren van een aardwarmtedoublet en warmtedistributiesysteem waarvan de bronnen op een diepte van 2.500 meter liggen en warm water onttrekken van circa 85 graden. De warmte van dit water wordt via warmtewisselaars benut om de tuinbouwbedrijven op een duurzame manier te verwarmen. De tuinbouwbedrijven zorgen voor een optimale uitkoeling van het water tot ongeveer 35 graden. Daarna wordt het afgekoelde water weer teruggepompt naar het oorspronkelijke reservoir op circa 2.500 meter diepte. Met dit project kan circa 13,5 miljoen m³ aardgas per jaar worden bespaard en wordt een CO2-uitstoot van 24 kilo ton per jaar vertegenwoordigt (gelijk aan het verbruik van ca 9.000 huishoudens).
Isolatie
De isolatieuitdaging zit hem in het ontwerp van de installatie: de leidingen hebben verschillende verlopen en diktes naar de appendages toe. Dat betekende dat de isolatiemonteurs hun best moesten doen om de isolatie strak en passend te krijgen. De installateur schreef Rockwool ProRox GRP 1000 voor voor de afwerking van de leidingen van het opgepompte water. Het bodemwater in deze regio kent een zeer hoog zoutgehalte en het moet eerst worden ontzout voordat het de wisselaar wordt ingebracht. Omdat zout aluminium kan aantasten, is voor dat deel van de installatie uitgeweken naar ProRox. ProRox GRP 1000 is een glasvezelversterkte polyestermat tussen twee folies. Het materiaal bevat harsen, glasvezels en speciale vulmiddelen en is direct klaar voor gebruik. Niet verwerkt is het zacht en plooibaar. In deze toestand kan ProRox GRP 1000 in iedere vorm gesneden of geknipt worden, waardoor het eenvoudig op de isolatie aan te brengen is. Het polyester hardt vervolgens uit onder invloed van ultraviolet (UV) licht. In Poeldijk betekende dat dat het isolatiewerk op verschillende plekken tegelijk werd uitgevoerd, om de uv-lampen hun werk te laten doen en tegelijkertijd geen tijd te verliezen. Na uitharding is ProRox GRP 1000 absoluut waterdicht en is het in staat een optimale mechanische bescherming te bieden. Het vormt een naadloze verbinding die een waterdichte bescherming biedt voor de onderliggende isolatie. Het is chemisch resistent en bestand tegen mechanische belasting (dus: beloopbaar). Het kan ingezet worden bij koude- en warmte-isolatie, onder- en bovengrondse leidingen, on- en offshore. Verwerking en applicatie vinden op locatie plaats.